RSZ gaat dwangbevel gebruiken voor inning van niet betaalde bijdragen
De RSZ zal, vanaf 1 januari 2017, niet betaalde schuldvorderingen innen via een dwangbevel in plaats van via dagvaarding voor de rechtbank. Deze procedure mag wel enkel gebruikt worden voor schulden waarover geen betwisting bestaat. Het wetsontwerp dat deze nieuwe regels oplegt[1], veralgemeent ineens ook het gebruik van de e-box voor de communicatie tussen de RSZ en de ondernemingen.
Inning via dwangbevel
De procedure van inning van onbetaalde schulden via een dwangbevel in plaats van via een dagvaarding voor de rechtbank, is niet nieuw voor de RSZ. De Rijksdienst gebruikt deze procedure nu al voor bijvoorbeeld de invordering van schulden bij dienstenchequebedrijven.
In het kader van het justitieplan van de regering wordt vanaf 1 januari 2017 echter overgegaan tot de veralgemening van deze procedure naar alle gevallen waar nu nog gedagvaard wordt. Doel is hierbij om de rechtbanken te ontlasten. Door de RSZ de mogelijkheid te geven zichzelf een uitvoerbare titel (een dwangbevel) te verschaffen voor niet betwiste schulden, worden immers onnodige en louter administratieve procedures voor de rechtbank vermeden.
Opmerking: Dit neemt niet weg dat de RSZ nog steeds de mogelijkheid heeft om via dagvaarding voor de rechtbank tot invordering over te gaan, maar dat wordt de uitzondering in plaats van de regel.
Hoe werkt het?
Momenteel wordt een onderneming die schulden heeft bij de RSZ, voor de rechtbank gedagvaard tot betaling van deze schulden. Volgt er geen betaling, dan kan de RSZ op basis van het vonnis van de rechtbank beslag laten leggen op de gelden van de onderneming. Door gebruik te maken van het dwangbevel valt de passage bij de rechtbank weg.
Vanaf volgend jaar zal de werkgever die schulden heeft bij de RSZ dus een dwangbevel ontvangen, dat hem betekend wordt via gerechtsdeurwaardersexploot. Het dwangbevel bevat de oproep om binnen de 24 uur zijn schulden te betalen, evenals een boekhoudkundige verantwoording van de gevorderde bedragen en een afschrift van de uitvoerbaarverklaring.
Betaalt de werkgever niet, dan kan de RSZ overgaan tot beslag. De werkgever kan hier wel verzet tegen aantekenen via de arbeidsrechtbank binnen de 15 dagen na de betekening van het dwangbevel.
Belangrijk om weten is ook nog dat de betekeningskosten ten laste van de werkgever zijn. Hetzelfde geldt voor de eventuele kosten van tenuitvoerlegging of van bewarende maatregelen.
Voor welke schulden?
Het dwangbevel kan worden gebruikt voor de invordering van de niet betaalde bijdragen, bijdrageopslagen, verwijlintresten, forfaitaire vergoedingen met inbegrip van de bijslagen en sommen bedoeld in de artikelen 30bis en 30ter[2].
De RSZ kan evenwel enkel overgaan tot invordering via dwangbevel als het over onbetwiste schulden gaat. In geval van betwisting moet een rechtbank immers eerst uitmaken welk bedrag effectief verschuldigd is.
Opmerking: Schulden waarvoor de werkgever een afbetalingsplan heeft, worden niet in aanmerking genomen. Als de werkgever met andere woorden zijn afbetalingsplan strikt naleeft en zijn achterstallige bijdragen,… binnen de hierin voorziene termijnen stort, dan mag de RSZ niet overgaan tot invordering via dwangbevel.
Digitalisering
De gehele gegevensstroom in het kader van de invordering van de schulden zal gedigitaliseerd worden. In de eerste plaats door een veralgemeend gebruik van de e-box, het elektronische kanaal via hetwelk de RSZ met de ondernemingen communiceert. Hier zullen we in een apart artikel dieper op ingaan.
Aan de andere kant wordt de RSZ gemachtigd om een informaticaplatform te laten oprichten en beheren door een externe cessionaris. Hierdoor kunnen alle uitvoerbare titels, vonnissen en dwangbevelen die moeten betekend en uitgevoerd worden voor rekening van de RSZ digitaal gecentraliseerd worden en via elektronische weg aan de bevoegde gerechtsdeurwaarders overgemaakt worden.
[1] Wetsontwerp nr. 2082/001, raadpleegbaar op de website van de Kamer.
[2] Het gaat hier over de sommen verschuldigd in het kader van de hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale schulden, die van toepassing is op diegenen die werken in onroerende staat of activiteiten in de bewakings- en vleessector uitvoeren. Meer uitleg hierover vindt u terug in onze fiche over de hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale schulden.
Securex Sociaal Secretariaat - Legal 27/10/2016